Ik.
Wat is het Ik?
Waar begint het Zelf en eindigt het ik of andersom?
Ik denk dat het ‘ik’ mijn binnenste zelf is, het zelf dat ben ik.
Je lijf ben jij, mijn lijf is van mij, daarin zit mijn Ik.
Ik ben opgebouwd uit lagen herinneringen die ik elk moment van mijn leven maak, doordat ik leef.
Door te leven met anderen in de wereld.
Als deel van deze wereld, ben Ik een afgebakend geheel, -anders zou het zo ingewikkeld worden-
Mijn huid is de grens.
Het beschermt mij tegen invloeden van buitenaf, het filtert wat goed is voor mij.
Soms lukt dat niet, dan word ik ziek, of verdrietig, onzeker of boos.
Dat maakt me kwetsbaar en machteloos.
Dan trekt mijn Ik zich terug, in het binnenste Zelf, je Zelf.
Daar ben ik veilig, daar ben ik Ik.
Maar zonder de ander is er geen Ik,
Verbinding en spiegeling, verlangen en vertrouwen is nodig om te zijn wie Ik ben.
Het Ik leert en vraagt, verandert het Ik of is dat je Zelf?
Ik is autonoom, die zich in vrijheid verhoudt tot het Zelf en de ander.
‘Ken je Zelf’ zegt Socrates: Onderzoek het menselijk weten, en het goede te bepalen dat inherent is aan de mens.
Ik streef naar wijsheid, Ik onderzoek, ik bepaal het goede wat inherent is aan mij, ik ken mijn Zelf.
Kan ik de ander kennen?
De ander, is net als Ik, een afgebakend geheel in deze wereld.
Opgebouwd uit lijf en lagen herinneringen.
Andere herinneringen, eigen her Inneringen.
De ander heeft ook verbinding nodig, spiegelt, verlangt en vertrouwd,
Hierin vinden we elkaar het Ik en de ander.
Door verwondering, vragen en begrip, ziet je Ik een ander,
Ben je gelijkwaardig en kan Ik de ander aan het denken zetten.
Is je Zelf hetzelfde als Ik?
Definieer je jouw Ik anders dan je Zelf?
Wanneer ben je je Zelf?
Heb je de ander nodig om je Zelf te zijn?
Wanneer ben je volledig je Zelf?
Hoe verhoudt het Ik tot je Zelf?